Datum
31/01/2020

Vanaf april 2020 wordt de projectvennootschap die instaat voor het nieuw te bouwen kanaal Seine-Nord Europe officieel een regionale overheidsinstelling. Dat staat in de Franse mobiliteitswet die eind vorig jaar werd goedgekeurd. Een uniek stukje Franse geschiedenis! Daarmee weten we nu hoe het kanaal gefinancierd wordt, alsook hoe de aansturing van de werken zal verlopen. Om het met de woorden van François Hollande te zeggen: “nous sommes dans l’irréversible”.

Op 18 november 2019 werd de Loi d’Orientation des Mobilités (LOM) goedgekeurd door de Assemblée Nationale, ofwel het Franse Lagerhuis dat je kan vergelijken met onze federale Kamer van Volksvertegenwoordigers. Deze mobiliteitswet trad in voege vanaf 26 december 2019 en dat is een grote stap vooruit voor de bouw van het Franse kanaal Seine-Nord Europe.

 

Waarom moest de wet er komen?

In juli 2017 drukte de Franse Regering de pauzeknop in en werden alle grote projecten, waaronder de bouw van het kanaal Seine-Nord Europe, on hold gezet. Daarmee wou de Franse president Emmanuel Macron de tijd nemen om de mobiliteitsbehoeften en de beschikbare budgetten in kaart te brengen.

In het verleden waren er immers al heel wat beloften gemaakt door voormalige regeringen, maar ontbraken de middelen. Met de LOM wou de regering een evenwicht vinden tussen de beschikbare budgetten en de effectieve uitgaven. Die oefening werd ook gemaakt voor het kanaal Seine-Nord Europe.

Oui au canal!

Deze beslissing verliep niet zonder slag of stoot. In oktober 2017 protesteerden de betrokken regio’s nog onder de slogan “oui au canal”. De bouw van het nieuwe kanaal zou immers zorgen voor 5.000 arbeidersbanen en de opening ervan voor 30.000 jobs in de binnenvaartsector. Het kanaal betekent niet alleen goed nieuws voor de werkgelegenheid, maar ook een enorme economische boost voor de regio’s Hauts-de-France en Île-de-France.

Samen met de Vlaamse en Waalse Regering verstuurden de regio’s een brief om de Franse staat op het hart te drukken hoe belangrijk de komst van het kanaal Seine-Nord Europe is. De lokale overheden gaven aan een serieuze duit in het zakje te willen doen, en zo werd een akkoord bereikt. In ruil daarvoor krijgen ze het grootste zeggenschap over de aansturing van het project.

Volle vaart vooruit

In oktober 2019 liet premier Edouard Philippe officieel weten dat Frankrijk zou starten met de bouw van het nieuwe kanaal. In november trad president Macron hem bij en bevestigde hij de staatsbijdrage van 1,1 miljard euro. De regio’s doen ook een flinke duit van 1,1 miljard euro in het zakje en gaan nog eens een lening aan van 0,8 miljard euro. De EU steunt het project met 1,8 miljard euro. In totaal wordt er zo’n 5 miljard euro geïnvesteerd in het kanaal Seine-Nord Europe.

 

Uniek in haar soort

Dankzij de goedkeuring van de LOM wordt de projectvennootschap van het kanaal een regionale overheidsinstelling, en dat is uniek in Frankrijk. De vennootschap valt niet langer onder de rechtstreekse voogdij van Frans minister van Transport Elisabeth Borne, maar draagt samen met de regio’s de verantwoordelijkheid voor het project. Ze zal een eigen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht hebben, waar een afgevaardigde van de EU in zal zetelen. Verder zijn de regio’s Hauts-de-France en Île-de-France vertegenwoordigd, alsook de departementen Oise, Pas-de-Calais, Nord en Somme.

Zo weten we nu hoe en met welke middelen het kanaal Seine-Nord Europe gebouwd zal worden! De start van de werken is gepland eind 2020. In 2028 moet het kanaal klaar zijn om vervolgens de sluisdeuren te openen voor de binnenvaart.

Zit je met een vraag?

Misschien vind je het antwoord wel terug bij onze veelgestelde vragen. Zo niet dan kan je ons altijd jouw vraag doorsturen of naar een van onze activiteiten komen om meer info te krijgen.