De Leie wordt aangepast voor schepen van klasse Vb. Dat zijn schepen die 190 meter lang en 11,4 meter breed zijn. Deze schepen kunnen tot 4.500 ton en drie lagen containers goederen vervoeren, wat zoveel is als 220 vrachtwagens.

Daarnaast doen we op de Leie ook aan rivierherstel, recreatie en stadsvernieuwing. Om rivieren geschikt te maken voor de binnenvaart, is in de loop der jaren heel wat van hun natuurlijke ruggengraat verloren gegaan. Nu en in de toekomst willen we natuur en economie hier weer in balans brengen. Daarnaast geven we iedereen de mogelijkheid om te genieten van het water en haar omgeving. Tot slot investeren we samen met lokale besturen in een fraaier stadscentrum, waar het water een hoofdrol toebedeeld krijgt. 

Vaarweg verruimen

Om deze grote schepen vlot te laten doorvaren, zijn diverse aanpassingen nodig. De diepte en breedte van de Leie worden aangepast zodat grote duwkonvooien van klasse Vb in één richting kunnen passeren en kruisen met kleinere schepen. Omdat dergelijke grotere schepen meer lading kunnen vervoeren, liggen ze dieper in het water en hebben ze ook onder de waterspiegel meer ruimte nodig. De vaarweg moet minstens 4,5 meter diep zijn. Daarnaast moet de Leie ook verbreed worden. Hoeveel die verbreding precies bedraagt, hangt van lokale factoren en tal van andere elementen af.

Passeerstroken aanleggen

Om grotere schepen veilig met elkaar te laten kruisen, worden er vier passeerstroken voorzien. Hier kunnen ze wachten tot het schip uit de andere richting voorbijgevaren is alvorens hun reis verder te zetten. Je kan het vergelijken met uitwijkstroken langs de weg voor auto’s, maar dan voor schepen.

Sluizen aanpassen

Schepen van 4.500 ton zijn tot 190 meter lang en vragen om een grotere sluis. De sluizen in Sint-Baafs-Vijve en Harelbeke zijn te klein voor deze grotere schepen en moeten vernieuwd worden. 

Stuwen bouwen

Naast sluizen worden er ook enkele stuwen vernieuwd. Hierdoor wordt de bedrijfszekerheid gegarandeerd. Een stuw regelt de stand of het niveau van het water in een waterloop. Ze zorgt ervoor dat schepen in zeer droge of natte periodes toch veilig kunnen varen en schippers hun werk kunnen blijven doen.

Ook verbeteren we op die manier de waterbeheersing voor deze rivier. Bij zware regenval kan het zijn dat de Leie buiten haar oevers treedt. Dankzij een stuw kan het water afgevoerd worden om overstromingen te voorkomen.

Bochten verbreden

Krappe of talrijke bochten maken het voor grotere, lange schepen moeilijk om te varen. Deze schepen zijn immers minder wendbaar, omdat ze zo lang zijn. De oplossing hiervoor is het verbreden en flauwer maken van die bochten om deze schepen meer ruimte te bieden

Bruggen aanpakken

Om vrachtschepen met drie lagen containers onder bruggen door te laten varen, is overal een vrije doorvaarthoogte van zeven meter nodig. Een aantal bruggen op de Leie zijn te laag, waardoor deze schepen er niet onderdoor kunnen. Ze moeten dus verhoogd worden. Enkel de brug in Kuurne kan opgehoogd worden, de andere bruggen op de Leie worden vervangen door een nieuw exemplaar.

Zwaaikommen aanleggen

Wanneer een schip op een veilige manier van richting wil veranderen, moet het kunnen draaien. Achteruitvaren is in principe wel mogelijk, maar is voor een schip een moeilijke en hachelijke opgave. Schepen hebben bijgevolg een zwaaikom nodig: deze lokale verbreding van de waterweg verzekert dat grote en lange schepen veilig en vlot kunnen draaien of zwaaien. 

Uitbreiden regionaal overslagcentrum

Als we willen dat meer goederentransport via het water verloopt, hebben we nood aan bijkomende overslaginfrastructuur. Nadat de goederen het grootste deel van hun reis via een schip hebben afgelegd, moeten ze immers nog dat laatste stukje verder landinwaarts afleggen. Dit gebeurt veelal met de trein of vrachtwagen. Om die omschakeling naar een ander vervoersmiddel mogelijk te maken, heb je een overslagcentrum nodig: het regionaal overslagcentrum in Wielsbeke wordt daarom grondig gerenoveerd, uitgebreid en dus aantrekkelijker gemaakt.

 

Natuurvriendelijke oevers aanleggen

De rivieroevers hebben geleden onder de aanpassingen voor de binnenvaart en het toenemende scheepvaartverkeer. Daarom maken we er onze missie van om een groot deel van de beschadigde oevers op een natuurvriendelijke manier te herstellen

Verder voorzien we op verschillende plaatsen ook vooroevers. Dit zijn ondiepe zones waar waterdieren en vogels op zoek kunnen gaan naar een schuil-, eet- of broedplaats. Bovendien kunnen waterplanten hier naar believen floreren. Lokaal worden sommige vooroevers verder verdiept, zodat ook vispopulaties er kunnen vertoeven. De vooroevers hebben nog een extra troef: ze beschermen de eigenlijke oevers tegen de golfslag van passerende schepen.

Met de aanleg van deze natuurvriendelijke oevers en vooroevers werken we mee aan een betere toekomst voor typische rivierfauna en -flora. 

Meanders aankoppelen

In het verleden werden heel wat meanders gescheiden van de vaarweg omdat rivieren gekanaliseerd (en dus rechtgetrokken) werden voor de binnenvaart. Deze meanders worden waar mogelijk opnieuw verbonden met de rivier. Na deze herstellingen en wanneer het water hoog genoeg staat, zullen vissen vrij in en uit de rivier kunnen zwemmen, op zoek naar rustigere oorden. De oorspronkelijke waterloop wordt daarmee gedeeltelijk hersteld waardoor de natuur hier alle kansen krijgt. 

Natte natuur realiseren

Bij het opnieuw verbinden van oude meanders met de rivier, kan het water van daaruit naar het omringende land stromen. Daardoor kan natte natuur ontstaan, waar biodiversiteit zegeviert. Die natte natuur kan een gebied op zich zijn, maar kan ook een deel uitmaken van een natuurgebied. Denk maar aan een poel in een heidelandschap of een meanderende beek in een bos. De realisatie van natte natuur langs de Leie doen we samen met het Agentschap Natuur en Bos en de Vlaamse Landmaatschappij.

Fauna-uitstapplaatsen voorzien

Ook voor dieren is de gekanaliseerde rivier geen cadeau. De steile oevers vormen voor hen een gevaarlijke barrière. Vogels hebben er uiteraard geen moeite mee om vanop het water aan land te gaan, maar voor dieren die lopen, kruipen of kronkelen bieden fauna-uitstapplaatsen de enige oplossing: aan de waterkant wordt een soort trapje gemaakt, waardoor ze makkelijk op het droge geraken. 

Vispassages aanleggen

Stuwen en sluizen vormen een obstakel in de waterloop voor het onderwaterleven. Vissen kunnen daardoor niet voorbij de constructie op zoek naar voedsel of een schuilplaats. Dankzij vispassages kunnen vissen het terrein voorbij een stuw of sluis verkennen. De passages op de Leie zijn aangepast aan de meer dan dertig vissoorten die in de rivier voorkomen.

Nieuwe fietsers- en voetgangersbruggen

Door aantrekkelijke jaagpaden en kades in te richten, creëren we een omgeving langs het water waar het voor iedereen aangenaam vertoeven is. Op verschillende plaatsen langs de Leie komen er nieuwe fietsers- en voetgangersbruggen, zodat ook zij op een veilige manier kunnen genieten van al dat natuurschoon

Zit je met een vraag?

Misschien vind je het antwoord wel terug bij onze veelgestelde vragen. Zo niet dan kan je ons altijd jouw vraag doorsturen of naar een van onze activiteiten komen om meer info te krijgen.